Vrijdag 8-7-2016 was het 2de nationaal congres bodemenergie, georganiseerd door de studenten van de Utrechtse Aardwetenschappen vereniging. De twee hoofdthema’s van het congres zijn: Diep – Winning van Aardwarmte en Ondiep – Opslag van Thermische Energie.
Ik was daar om te vertellen over over de factoren die de efficiëntie van ondergrondse warmte koude opslag (WKO)-systemen bepalen en hoe deze zich tot de Nederlandse praktijk verhouden. Nederland loopt internationaal voorop, ook ons KWR gebouw heeft een WKO-systeem. Wij kijken hoe het bronontwerp van die system
en kunnen optimaliseren. Uit het onderzoek dat ik samen met Niels Hartog uitvoer blijkt dat zowel verliezen door achtergrondstroming en conductie een belangrijke rol spelen en nog niet altijd goed worden meegenomen in het ontwerp. Met name met de achtergrondstroming er geen rekening
gehouden omdat daar ook nog geen methode voor was, die hebben wij nu ontwikkeld.
Daarnaast heeft Niels vertelt over de toekomst en meerwaarde voor ondergrondse hoge (30-90C) temperatuur opslag (HTO) en de technische ontwikkelingen die daar verder aan bij dra
gen. Vanuit KWR werken we aan het ontwikkelen van HTO toepassing voor met name de glastuinbouwsector en in koppeling met warmtenetten.
Ook vanuit mijn promotie onderzoek was er een voordracht door mijn collega van de TUDelft, Jan Kwakkel.Hij heeft verteld wat de trade-off mechanismen zijn tussen individueel rendement en maximalisatie van CO2 emmissie reductie in een gebied met een hoge dichtheid aan bodemenergie systemen. Daarbij liet hij zien hoe je die kan kwantificeren en deed hij suggesties om dit te optimaliseren, door adaptieve vergunningen toe te passen.
Martin Bloemendal 